“Elke bundel van Rozalie Hirs is weer een nieuwe verzameling overrompelende ‘toonkunst’ in alle betekenissen van het woord.” (Dietske Geerlings, Tzum)
“Deze muzikaliteit hangt natuurlijk samen met haar achtergrond als componist, maar ze wordt mede bepaald door haar onstuimige omgang met de taal en de manier waarop ze woorden als het ware bespeelt.” (Helena Van Praet, Poëziekant)
“De taal vloeit en zit vol klankverschuivingen. Ook durft Hirs de gangbare syntaxis los te laten. Zinnen en zinsdelen zijn dikwijls op meerdere wijzen met elkaar te verbinden, waardoor je vanzelf langzaam en zorgvuldig leest. Het is inmiddels een beproefd procedé in dit oeuvre maar hoeft begrip, als dat al relevant is, niet in de weg te staan.” (Alfred Schaffer, De Groene)
“Net als ecologica roept de bundel op tot liefhebben en verbinding zoeken met de ander en de wereld om je heen. Zolang je hier bent, is er niets beters te doen dan ‘in elkaars ommezien te ademen’.” (Dietske Geerlings, Tzum)
“Toch is dit geen bundel liefdesgedichten in enge zin: het begrip ‘liefde’ moet opgerekt worden naar een diepe verbondenheid met de wereld.” (Helena Van Praet, Poëziekant)
“In dagtekening van liefdesvormen wordt niet alleen de romantische of erotische liefde bezongen die tussen volwassen mensen kan bestaan, maar ook de liefde voor de wereld vanuit het oogpunt van het kind. Vriendschap is eveneens een vorm van liefde.” (Alfred Schaffer, De Groene)
“Het maakt van Dagtekening van liefdesvormen Hirs’ meest menselijke bundel tot nu toe.” (Helena Van Praet, Poëziekant)